Vandaag staat er een bezoek aan de Directeur van onderwijs in Rundu op het programma. 250 km rijden. Vanuit Grootfontein gaat de weg (een van de nationale hoofdwegen) langs de grote boerderijen van het district. 2000 hectare wordt hier als klein gezien. Dat maakt de weg eentonig.
Hekken langs de weg, en meer hekken. De hoeveelheid hekken in Namibië is beangstigend. Hoge hekken om het wild binnen te houden, speciale hekken om de jakhalzen buiten te houden en gewoon wat prikkeldraad als er alleen vee is. Kilometer na kilometer. Het laat zien hoeveel land hier is en hoe weinig het gebruikt wordt.
Halverwege is er een stop. De corridor. Opgezet om mond en klauwzeer te stoppen. Vanuit het noorden mag je geen vlees meenemen. Moet je door desinfectant rijden en je voeten ontsmetten.
Daarna verandert het landschap. Meer Afrika, althans Afrika zoals het in mijn hoofd zou moeten zijn. Ezels en geiten op de weg. Kleine dorpjes met ronde hutten met rieten daken. Afrika. Langs de weg dingen te koop. Houtsnijwerk en aardewerk. Wachtend tot de toeristen weer terug zullen komen.
En dan is er Rundu. Een stad die volgens Esther echt niet bij Namibië hoort. Té chaotisch, té Afrikaans. Ik bel om te vragen waar het kantoor van de directeur is en krijg de secretaresse aan de lijn. Zij heeft geen idee hoe het aan ons uit te leggen. Haar advies: ‘Ga naar het tweede Engen benzinestation en vraag het daar, zij zullen je de weg wijzen’. Een typisch Afrikaanse aanwijzing. Dus rijden we naar het tweede Engen station en inderdaad, ze wijzen in een richting en zeggen daar ergens en 5 minuten later lopen we het gebouw binnen. Keurig op tijd.
Bij de ingang is het ongelooflijk druk. Tientalle mensen, allemaal met dozen vol met papieren. Het zijn de cijfers van 60 scholen die allemaal vandaag gebracht worden. Cijfers en cijferreeksen van alle leerlingen in Kavango-East. Chaos, ongelooflijk en niemand weet waar het kantoor van de Directeur is. Gelukkig zien we een klein bordje en even later staan we voor zijn deur. De secretaresse verwacht ons niet. De Directeur is uit. Ik laat haar de sms van de Directeur zien. Dan mogen we gaan zitten wachten.
Mijn zegen? Die had je al vanaf het begin.
Als de directeur uiteindelijk komt, na ons keurig via sms op de hoogte te hebben gehouden van zijn verlating, zien we een joviale man en al snel gaan we de diepte in. Over Moringa en de kinderen. Ik besluit mijn presentatie met de woorden: ‘en dus willen we graag uw zegen’ zijn antwoord is kort: ‘Die had je al vanaf het begin’ en hij beloofd voor ons een brief te schrijven die we op de scholen kunnen laten zien. En dat is belangrijk want hierarchie telt. We nemen hartelijk afscheid en stappen in de auto. Acht minuten gesprek, ruim vijf uur; rijden maar wat een heerlijk resultaat.