Ik was 12 en we gingen op vakantie naar Finland. Mijn moeder had een vriendin en daar waren we uitgenodigd. Het was 1972 dus nog niet zo normaal om ver op vakantie te gaan. Normaal gingen we om de twee jaar. Een jaar in Nederland en het volgende jaar naar het buitenland. We waren met z’n vijven en ik was al behoorlijk groot dus we pasten net in de Opel Kadett stationcar. Tot het moment dat de beste vriendin van mijn zus ook mee zou gaan. Harriet. Toen paste het niet meer.
Harriets vader was een aannemer en hij had twee Land Rovers 110 staan (op dat moment heten ze nog geen Defender; dat kwam later pas). Hij had het genereuze aanbod dat we één van de Land Rovers mee mochten nemen. Kun je je voorstellen? 12 jaar oud en dan op vakantie in een heuse, echte Land Rover. Ongelooflijk. Volgens mij heb ik een week niet geslapen en volledig gedagdroomd over alle avonturen die een Land Rover logischerwijs in je leven gaat brengen.
Tot dat moment waarop mijn vader aankondigde dat de meiden met de trein zouden gaan en wij in de Opel Kadett met aanhangwagentje. Mijn leven stopte. Dit was niet mogelijk, onbegrijpelijk, als het leven je dit cadeau gaf was het onbeleefd om dat te weigeren. Mijn vader was onverbiddelijk. Nee. Te duur in benzine en dat hadden we niet. Dus hield het op.
als het leven je dit cadeau gaf was het onbeleefd om dat te weigeren
Het Land Rover virus heeft me nooit meer losgelaten. Ik kwam in Namibië en kon mezelf bedwingen. Ratio was sterker en ik kocht een verstandige Isuzu in plaats van de prachtige Land Rover pick up. Wat heb ik daar een spijt van gehad. De Isuzu is nu aan z’n derde motor toe en is moe. Steeds kleine dingetjes die misgaan. Als ik het probeer te repareren dan sta ik opeens met een printplaatje in m’n handen waar ik echt niets mee kan. Dus verkopen werd een optie. Zeker toen ik werd benaderd bij het kopen van tomaten door een man die N$80.000 bood (ongeveer €4.000). Dat is trouwens heel normaal, dat je aangesproken wordt door willekeurige mensen die je auto willen kopen, of je telefoon of wat dan ook. De gedachte daarachter is dat boeren in het algemeen goed voor hun spullen zorgen, en dat die spullen dus de moeite waard zijn.
Alleen welke auto zou ik dan weer kopen? En daar kwam de Land Rover opnieuw de hoek om gereden. En deze keer was het menens. Alle emotie lag aan de kant van de Land Rover, niet in het minst gevoed door een vriend die Land Rover gek is. En dus staat er sinds afgelopen vrijdag een heuse Series 3s 109 voor het huis. Na een langdurige tocht vanuit Windhoek naar Grootfontein. De topsnelheid van Quake (short voor Earth Quake vanwege het geschok) is 90 km/u maar dan kun je elkaar niet meer verstaan. Dus de ruim 450 kilometer naar huis duurde nogal lang. Daarnaast is Quake dorstig als een echte Zuid-Afrikaan en behoorlijk oncomfortabel. Had mijn vader dus toch gelijk? Rationeel zeker maar sinds vrijdag loop ik met een grijns op m’n gezicht die zelfs een depressie er niet helemaal meer af krijgt.
Leuk verhaaltje